Deutsch-Holländisch Übersetzung für abholen

afhalen
halen
Zo niet, komt u er dan gerust een halen; ik heb hier nog enkele exemplaren. Wenn nicht, habe ich noch einige Exemplare, die Sie abholen können.

ophalen
De auto die mij zou komen ophalen was een half uur later dan was afgesproken. Das Auto, das mich abholen sollte, kam eine halbe Stunde später als vereinbart. Als veevoederfabrieken niet langer afvalvet uit horecagelegenheden mogen ophalen wie doet het dan wel. Wenn die Tierfutterfabriken kein altes Fett aus Gaststätten mehr abholen dürfen, wer tut es dann? Voorzitter, wij hebben met smart gewacht tot wij de agenda's voor 1999 hebben en ik ben er dankbaar voor dat wij die gisteren konden ophalen. Herr Präsident, wir haben ungeduldig auf die Taschenkalender für 1999 gewartet, und ich bin dankbar, daß wir sie gestern abholen konnten.