Deutsch-Holländisch Übersetzung für historiker

geschiedkundige
Welnu, ik ben geschiedkundige, mevrouw Schleicher was harpiste. Nun, ich bin ein Historiker, Frau Schleicher war Harfenistin.
historicus
Ik zeg dit niet alleen als politicus maar ook als historicus. Das sage ich nicht nur als Politiker, sondern auch als Historiker. Dat betwijfel ik echter ten zeerste, commissaris, en ik ben historicus. Ich habe da große Zweifel, Frau Kommissarin, und ich bin Historiker. Een Europa dat een historicus ooit omschreef als "niet zozeer een plaats, maar een idee”. Ein Europa, das ein Historiker weniger als ein Ort, sonder vielmehr als eine Idee bezeichnete.

geschiedschrijverEvenmin deel ik de visie dat we het aan de geschiedschrijvers moeten overlaten om te besluiten wat er is gebeurd. Auch kann ich mich nicht dem Ansatz anschließen, dass wir Historiker entscheiden lassen sollten, wie sich die Dinge zugetragen haben. Ik geloof in dit Parlement, ik geloof in de Europese Unie, en toekomstige geschiedschrijvers zullen inzien dat de Europese gedachte hier leeft. Ich glaube an das Parlament, und ich glaube an Europa. Die Historiker werden einmal verstehen, daß hier der Geist Europas lebt.