Spanisch-Holländisch Übersetzung für persona

persoon
Aan wie is deze persoon verantwoording schuldig? ¿Ante quién respondería esta persona? Op dit moment wordt er nog één persoon vermist. Por el momento sólo una persona se encuentra aún desaparecida. Ik denk dat u de aangewezen persoon bent. Creo que es usted justo esa persona.
kracht
Deze richtlijn gegevensbescherming blijft van kracht. Esta Directiva sobre datos personales sigue en vigor. Het gaat om mensen die niet op eigen kracht naar Europa kunnen komen. Va dirigido a personas que por sí mismas no tienen posibilidad de venir a Europa. Misschien wil het alleen de kracht ervan opzuigen, zodat men zich tegen het dagelijks leven van iedereen kan aanbemoeien. Tal vez solamente desee aspirar el poder, al objeto de intervenir superficialmente en las vidas cotidianas de las personas.

mens
Iedere dag sterft er een mens of raakt een mens gewond. Cada día muere o es herida alguna persona. Maar, vrienden, ze zijn geboren als mensen. Pero, amigos, nacieron personas.